Het doel van het liberalisme

Het wordt vaak gezegd en gedacht dat liberalisme zich onderscheidt van andere politieke stromingen doordat het de belangen van een bepaald deel van de maatschappij, namelijk mensen met veel eigendom, de kapitalisten en de ondernemers, boven de belangen van andere groepen stelt.

Deze bewering is echter volledig onjuist. Het liberalisme heeft altijd als doel gehad  om het goede voor de hele samenleving te willen, niet slechts het goede voor een bepaalde belangengroep.

Dit is wat de Engelse utilitaristen bedoelden met de idee van ‘het grootst mogelijke geluk voor het grootst mogelijke aantal mensen’.

Historisch gezien was het liberalisme de eerste politieke beweging die het welzijn van iedereen beoogde, niet enkel dat voor een bepaalde groep. Het liberalisme onderscheidt zich van het socialisme, dat ook zegt op te streven naar het goede voor iedereen, niet door het doel dat het heeft, maar door de middelen om dat doel te bereiken.

“Critici die stellen dat het liberalisme enkel opkomt voor de belangen van een bepaalde groep zijn zowel onwetend als unfair.”

Critici die stellen dat het liberalisme enkel opkomt voor de belangen van een bepaalde groep zijn zowel onwetend als oneerlijk. Door deze tactiek te hanteren laten ze eigenlijk zien hoe zwak hun eigen positie is. Ze nemen hun toevlucht tot zulke giftige wapens omdat dat hun enige kans op succes is.

Wanneer een dokter tegen een patiënt die verlangt naar voedsel dat slecht voor zijn gezondheid is, zegt dat hij het niet moet doen, is er niemand zo stom om te zeggen: “Het welzijn van de patiënt kan de dokter niets schelen; iedereen die de patiënt het goede toewenst zou hem immers niet ontzeggen het voedsel te eten waar ie zo naar verlangt.” Iedereen begrijpt dat het advies van de dokter om af te zien van het genot van het eten van het schadelijke voedsel juist gegeven wordt zodat de patiënt zijn gezondheid niet in gevaar brengt.

Maar zodra het om sociaal beleid gaat kijkt men er al snel anders tegenaan. Wanneer de liberaal adviseert om bepaalde maatregelen niet te nemen omdat deze negatieve gevolgen zullen hebben, wordt hij gecensureerd als een vijand van het volk, terwijl de demagogen die zonder zich om de negatieve gevolgen te bekommeren juist die maatregelen aanraden, met lof worden overgoten.

Rationele actie onderscheidt zich van irrationele actie door het feit dat het provisionele opofferingen vergt. Deze opofferingen zijn echter enkel schijnbare opofferingen daar de gunstige uitkomsten die er later het gevolg van zullen zijn, veel zwaarder wegen. De persoon die smakelijk maar ongezond voedsel vermijdt maakt slechts een voorlopige, schijnbare opoffering. Het resultaat – het uitblijven van slechte gevolgen voor zijn gezondheid – laat zien dat hij niet iets verloren heeft, maar juist veel gewonnen. Maar om op deze manier te kunnen handelen is inzicht nodig in de gevolgen van je handelingen. De demagoog maakt van dit feit handig gebruik. Hij komt in het geweer tegen de liberaal die voorlopige en slechts schijnbare opofferingen aanraadt, en betitelt hem als een hardvochtige vijand van het volk terwijl hij zichzelf juist zal laten zien als een vriend van de mensheid. Bij het aanprijzen van de maatregelen die hij voorstaat weet hij heel goed hoe hij de harten van de mensen moet raken, hoe hij ze tot tranen kan brengen door verwijzingen naar tekorten en ellende.

Antiliberaal beleid is een beleid van de consumptie van kapitaal. Het stelt in feite dat men in het heden meer moet consumeren ten koste van de toekomst. Het is exact hetzelfde fenomeen als van de patiënt en de dokter. In beide gevallen staat een relatief ernstig nadeel in de toekomst tegenover een relatief overvloedig tijdelijk en huidig genot. Om in zo’n geval te spreken alsof het een kwestie is van hardvochtigheid tegenover filantropie is fundamenteel oneerlijk en onwaar. Het zijn niet enkel de politici en journalisten van fundamenteel antiliberale partijen die zich hieraan schuldig maken. Het geldt voor politici en journalisten in het algemeen.

“Laat eenieder die denkt dat ie betere, andere middelen kent [om de tekorten en ellende op te lossen] het bewijs hiervoor geven.”

Het feit dat er ellende en tekorten bestaan in de wereld is niet, zoals de gemiddelde krantenlezer in zijn onwetendheid gelooft, een argument tegen liberalisme. Want het zijn juist die tekorten en die ellende die het liberalisme wil oplossen, en het beschouwt de middelen die het voorstelt als de enige juiste om dit doel te bereiken. Laat eenieder die denkt dat ie betere, andere middelen kent het bewijs hiervoor geven. De enkele bewering dat de liberalen niet streven naar het goede voor alle mensen in een samenleving maar enkel naar het goede voor speciale groepen, is op geen enkele manier een substituut voor zo’n bewijs.

Zelfs als de wereld wel een liberaal beleid volgde zou het enkele feit dat er nog steeds ellende en gebrek zou bestaan geen argument tegen het liberalisme vormen. Het is immers altijd een open vraag of er zonder dat liberale beleid niet nog veel meer ellende zou zijn geweest. Gezien al die manieren waarop het functioneren van het instituut van privé-bezit en dus van werkelijk liberalisme, in elk deel van de samenleving aan banden wordt gelegd en tegen wordt gewerkt door antiliberaal beleid, is het volstrekt absurd om uit het feit dat de economische condities heden ten dage niet zo zijn als men wel zou willen, af te leiden dat dit de schuld van het liberalisme is.

Om je te realiseren waar het liberalisme en kapitalisme voor gezorgd hebben, is het goed om de condities zoals die in de Middeleeuwen of nog vroeger waren, te vergelijken met die in de huidige wereld. Over wat het liberalisme en het kapitalisme wel niet bereikt zouden kunnen hebben als ze vrij spel hadden gehad kan men alleen maar theoretisch speculeren.

Ludwig von Mises

Dit is een ietwat verkorte en vrije vertaling van hoofdstuk vier uit Ludwig von Mises’ boek Liberalism. Vertaling door Koen Swinkels

Leave a comment