Deze vertaling is gemaakt met toestemming van de auteur. Het origineel kunt u hier lezen. Joakim Book is werkzaam voor het American Institute for Economic Research (AIER) en studeerde economie en economische geschiedenis aan de Universiteiten van Glasgow en Oxford.
* * *
Laat me voor de verandering eens een hyperbool gebruiken en angst laten regeren in plaats van feiten.
Het was een mooie rit, nietwaar? Een paar eeuwen wellicht, of misschien zo’n 75 jaar als we tellen van de Tweede Wereldoorlog. Wat een rit was het, zoveel mensen bevrijdt uit armoede, op elk vlak de levens van zoveel mensen verbeterd.
Aan al het goede komt een eind en wij intellectuelen die het einde van <vul iets in> hebben voorspeld zijn met velen. Vooruitgangsoptimisten zoals ondergetekende zouden niet moeten wanhopen, maar soms doen we dat onvermijdelijk toch. We kunnen naar vele mogelijk kwalijke zaken wijzen: cancel-culture; gevoelens boven feiten; identiteitspolitiek; “The Coddling of the American Mind”; milieu-hysterie; ongebreidelde inflatie; migratie crises en de onvermijdelijk ineenstorting van de welvaartstaten.
Laten we dat allemaal even terzijde schuiven. Zoals ik besprak bij de Dan Proft Show op vrijdag; gelooft iemand werkelijk dat we onze rechten en onze waardigheid terug zullen krijgen na dit debacle? Ik ben helemaal voorde Great Barrington Declaration die door AIER is gestart en de indrukwekkende invloed die dit gehad heeft in de media, edoch uiteindelijk ben ik sceptisch dat het iets anders zal worden dan een dankbaar doel voor de dogmatische en autocratische klasses – diegenen die Judge Andrew Napolitano dramatisch beschrijft als lijdend aan “Libido dominandi” – de lust tot domineren.”
Men kan niet iemand helpen die niet geholpen wil worden – en Westerse samenlevingen houden van hun top-down planners, de macht om de samenleving stil te zetten, plezier te stoppen en het controleren van eenieders woorden, geest en handelingen.
* * *
“Beter voorkomen dan genezen” merkten ze scherp op tijdens de pandemie, “en we zullen echt alleen deze ene keer onze macht vergroten”, en “we zullen binnenkort terug naar normaal gaan – ok, misschien niet helemaal normaal; en misschien ook niet heel binnenkort, eigenlijk.” Zelfs Orwell had dit soort lariekoek niet kunnen verzinnen.
Nee, ‘niet beter voorkomen dan genezen’: buitengewone uitspraken vereisen buitengewoon bewijs. En we hebben dit buitengewone bewijs niet gezien toen met deze onzin begonnen werd. En nog hebben we het nu niet.
We maken nooit berekenende en riskante beslissingen op basis van deze extreem vreemde versie van het Precautionary Principle. Niet wanneer we naar werk rijden; niet wanneer we ogenschijnlijk goed voedsel eten waarvan de houdbaarheidsdatum zojuist verstreken is; niet wanneer we naar armere landen reizen, op de hoogte van het (minimale) gevaar dat we beroofd, geraakt of ontvoerd kunnen worden. Er vindt geen overreactie plaats; we nemen het goede met het slechte, stoïcijns of op zijn minst willens en wetens de risico’s aanvaardend – we reageren niet op deze ongehoord extreme manieren zonder precedent in de moderne wereld. De reactie op deze pandemie was een actie uit een nieuw handboek. De restricties op ons leven en vrijheid gaan hier niet eindigen.
Autoritaire figuren van eender welke smaak en politieke kleuren hebben kunnen proeven – in veel grotere mate dan voorheen, kunnen we stellen – hoe het is om mensen te besturen: beperk dit, begrens dat, centraliseer zus.
Dat gaat niet zomaar weg. En als u denkt dat dit een uniek geval van een specifiek eens-in-de-eeuw gevaar, dan staat u een grote verrassing te wachten. Nee, goede heer of mevrouw, u zult uitvinden dat de machtswellustige autoritairen van de wereld (lees: politici en bureaucraten) de eerstvolgende mogelijkheid zullen aangrijpen als Het Grote Gevaar. Er zal altijd een nieuwe angst zijn die het rechtvaardigt de samenleving op slot te gooien.
U dacht dat het probleem met corona bestond uit het aanscherpen en laten vieren van de beperkingen als een jojo? Uhu. Dat zal het nieuwe normaal voor alles zijn.
Hebt u trouwens, daarnaast, opgemerkt dat de bestuurderen van deze wereld – met precies nul bewijs om dit te ondersteunen trouwens – zich specifiek op de plekken richten waar mensen plezier maken: barren, restaurants, films, muziek evenementen. Zoals Jeffrey Tucker van AIER treffend schrijft:
Als een activiteit leuk is, is het een doel. Er zit een moreel element in. Er wordt gedacht dat hoe meer mensen plezier maken, hoe meer keuzes zij van zichzelf hebben, hoe meer ziekte (zonde) zich zal verspreiden. Het is een medicinale versie van Savoranola’s religieuze ideologie die leidde tot het Vreugdevuur van de IJdelheden.
https://www.aier.org/article/lockdown-the-new-totalitarianism/
* * *
Toen ik voor het eerst IJsland bezocht in Juni, nadat ze hun fort ontmanteld hadden voor een paar gelukzalige maanden, hadden ze het virus zo goed als van het eiland verbannen. Maandenlang geen infecties, en slechts een dozijn mensen waren eraan overleden ergens in Maart. Mensen die zich roekeloos gedragen – zelfs het aandurven dicht in de buurt van anderen te zijn – vormden niet langer een risico. Wat deden de autoriteiten? Ze beperkten de openingstijden van barren en restaurants alsnog tot 23.00. Pandemie afgewend, geen risico dat zelfs roekeloos dronken gedrag je familie en vrienden zou besmetten én alsnog werden de kwaadaardige maatregelen in stand gehouden: Mensen. Mogen. Geen. Plezier. Hebben.
Als onze geweldige levensstandaard op wat voor manier dan ook op openheid vertrouwt, zoals Johan Norberg eerder dit jaar zo eloquent beargumenteerde, dan staan we op het punt ook een groot verlies in economisch welzijn te lijden.
Decennialang hebben intellectuelen gefantaseerd dat “late-stage capitalism” onder de eigen interne tegenstellingen in elkaar zou zakken – of dat buitenlandse mogendheden ons in zouden halen, economisch, sociaal, of militair. Of ongelijkheid zou buitenproportioneel worden in een samenleving die uit elkaar aan het vallen is, in aan het storten onder haar eigen gewicht.
Nee, niets van dat alles. Wij beëindigden vooruitgang en bloei – willens en wetens – onder de zware knoet van de overheid. In het verleden kwam elk bloeiend rijk vroeg of laat tot een eind. Wat zo buitengewoon aan de Grote Verrijking was dat het niet eindigde. In het begin van de 17e eeuw startten we met een nieuwe cyclus van materiële en ideologische verbeteringen – en we hielden maar niet op. Een paar hoepels, doodlopende steegjes en soms er bijna naast zittend, zoals in de Grote Europese burgeroorlogen van 1914-1989, maar we behielden ons verstand bij ons en gingen voort tot ongekende hoogtes.
Tot nu.
Wees voorbereid. Want waar we op het punt staan heen te gaan is geen Eden.
* * *
Als dit geen hyperbool is. Denk ik werkelijk dat dit de toekomst voor ons in petto heeft? Soms. Het is zeker een mogelijkheid. Huidige tijden zijn altijd meer beangstigend wanneer je er midden in zit.
Sommige dagen overwint pessimisme zelfs bij mij.
Het scenario zoals hierboven beschreven – dat dit het hoogtepunt van vrijheid is, het einde van liberalisme – is prematuur, naïef en ongefundeerd en waarschijnlijk erg dwaas. Maar het is een mogelijkheid waar ik werkelijk bang voor ben: I geef het ongeveer 10 tot 20% kans dat het daadwerkelijk gebeurt. Wat is jouw schatting?
De foto is gemaakt door: MTSOfan en wordt gebruikt onder deze licentie