De Nederlandse inflatiecijfers zijn gestegen naar recordhoogtes. In maart 2022 was de inflatie 11,9%, het hoogste sinds 1975. Wanneer hier discussies over worden gevoerd stelt men vaak de vraag: “Waar komt deze inflatie dan vandaan?”. Hierop hebben de economen meestal een goed doordacht antwoord paraat, zo is het op dit moment natuurlijk de oorlog in Oekraïne, was het daarvoor de impact van de overheidsmaatregelen op de productieketens of is het de tijdelijke vraag stimulans die is ontstaan door corona. Elke keer worden er oppervlakkige verklaringen gegeven voor de crisis waardoor ditmaal de de prijzen stijgen.
Inflatie is beleid
Deze gegeven redenen zijn echter niet de fundamentele drijvende kracht achter het almaar duurder worden van het leven. Dit zijn voorbeelden van kostenstijgingen en schaarste door de verstoringen in de wereldhandel. Het doet aan alsof inflatie door evenementen ineens ontstaat en dat er dan elke keer een andere partij verantwoordelijk is voor deze prijsstijgingen. Wanneer men de juiste definitie van inflatie gebruikt wordt al snel duidelijk dat inflatie niet iets is dat zomaar ontstaat. Het is een vorm van beleid.
Oostenrijkse econoom Murray Rothbard schreef in zijn werk “Wat heeft de overheid met ons geld gedaan?” over het fenomeen inflatie. Hij beschrijft hoe er in de monetaire geschiedenis talloze voorbeelden zijn van overheidscontrole over geld en hoe dit leidt tot structurele ontwaarding.
Rothbard beschrijft dat inflatie niet iets is dat per ongeluk ontstaat. Het is een vorm van beleid, monetair beleid wel te verstaan. Het is ook niet voor niets zo dat het doel van centrale banken is om jaarlijks een bepaald percentage aan prijsinflatie te behalen. Zo heeft de ECB dit doel op 2% gesteld. Het is een bewuste keuze om het geld dat de burgers gebruiken, uitlenen en sparen minder waard te laten worden. Dit doen centrale bankiers door met gecreëerde valuta staatsobligaties te kopen. Hierdoor kunnen overheden meer geld uitgeven dan zij eigenlijk hebben begroot. Deze extra overheidsuitgaven hoeven niet direct te worden uitgelegd aan de kiezer. Wanneer vervolgens de boodschappen duurder zijn geworden zal altijd worden gewezen naar een evenement dat op dat moment de prijsstijging kan verklaren.
Consequenties van inflatie
Prijsstijgingen leiden tot een lagere levensstandaard. Voor verreweg de meeste mensen stijgen de prijzen sneller dan dat zij hun inkomen kunnen verhogen. Mensen met een vast salaris of een pensioenuitkering zullen iedere maand hun kosten sneller zien stijgen terwijl het bedrag dat zij bijgeschreven krijgen constant blijft. Het zorgt ervoor dat er minder geld overblijft voor andere bestedingen of om opzij te leggen voor investeringen.
Naast het dalen van de levensstandaard heeft inflatie nog meer negatieve consequenties. In eerste instantie komt veel geld in financiële markten terecht, de prijzen van aandelen stijgen, vastgoedprijzen gaan door het dak en er ontstaan allerlei ‘get rich quick schemes’. Men leeft in een façade van welvaart met een grote nadruk op consumptie. In deze façade van welvaart hebben mensen de illusie dat zij financieel gezond zijn maar houdt men bijvoorbeeld geen rekening met de hoger uitvallende kosten voor afgeschreven objecten. Inflatie ontmoedigt sparen en het aangaan van schuld wordt beloond. Hiermee worden overheden voor de keuze gesteld tussen faillissement of nog hogere inflatie waarin overheden vrijwel altijd kiezen voor het tweede.
Het vergroten van de hoeveelheid geld creëert geen maatschappelijke waarde. In tegenstelling tot de geldhoeveelheid kan een vergroting in de hoeveelheid van ieder ander goed van nut zijn voor een individu. Als men bij de ECB besluit tot het verruimen van de geldhoeveelheid met enkele miljarden is er geen enkele toename in de goederen die daar tegenover staan.
Als we nu kijken hoe in Nederland wordt gereageerd op de inflatie zie je dat de analyses van Rothbard niet zijn doorgedrongen tot de beleidsmakers. Zo is de reactie op het stijgen van de benzineprijzen het verlagen van de accijnzen. Hiermee krijgt de overheid minder inkomsten binnen wat zeer waarschijnlijk niet elders in de begroting wordt gecompenseerd. Uiteindelijk zal weer worden bijgeleend, wat leidt tot nieuwe geldcreatie, en vervolgens weer nieuwe prijsstijgingen meebrengt. De overheidsinterventies zorgen hierbij altijd voor nieuwe problemen, welke vervolgens weer tot nieuwe interventies zullen leiden.
De 1 april grap van Rutte
Toen Mark Rutte werd gevraagd om een reactie op de inflatiecijfers van maart zei hij dat “De overheid de gevolgen van de hoge inflatie niet allemaal kan oplossen”. De ironie hierachter is dat de overheid juist al deze inflatie heeft gecreëerd. Met een degelijk monetair beleid waren deze enorme problemen niet ontstaan. Vervolgens zei hij dat we als Nederlanders iets zullen verarmen… de eerder genoemde façade van welvaart breekt gestaag af.
Wat heeft de overheid met ons geld gedaan?
In “Wat heeft de overheid met ons geld gedaan?” geeft Rothbard een duidelijke uitleg over wat geld is en welke rol het vervult in ons bestaan. Met dit fundament wordt vervolgens de geschiedenis van het geld uiteengezet en de steeds groeiende macht van overheden over ons geld beschreven. We zijn nu op een punt waarin de macht van overheden over ons geld groter is dan ooit tevoren. Daarom is “Wat heeft de overheid met ons geld gedaan?” het ideale boek om zelf een beter begrip te krijgen van de huidige monetaire situatie.
[…] Wat de overheid kan doen tegen inflatie […]
[…] de overheid met ons geld gedaan?“. Het inleidend artikel van Daniël van der Hoeven “Wat de overheid kan doen tegen inflatie” is zeer de moeite van het lezen waard, omdat het de juistheid van de stelling verdedigt dat […]
[…] de overheid met ons geld gedaan?“. Het inleidend artikel van Daniël van der Hoeven “Wat de overheid kan doen tegen inflatie” is zeer de moeite van het lezen waard, omdat het de juistheid van de stelling verdedigt dat […]